Caught in adversity
Proefschrift van Menno Segeren over de levensloop van jonge veelplegers in Amsterdam. Dit is relevant voor alle doelgroepen die met criminele jongeren werken. Zowel voor de uitvoerders als beleidsmakers. Het laat het belang zien van een aanpak die zich naast repressie, zeker ook moet richten op het zorgaspect. Daarbij kan de openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGz) helpen om deze zorg aan te bieden aan deze vaak moeilijk bereikbare doelgroep met complexe problematiek.
Segeren onderzocht 3 groepen: gewelddadige veelplegers van ‘high impact crimes’ afkomstig uit de Amsterdamse Top 600-aanpak, jongvolwassenen met een jeugdreclasseringsverleden die als jongvolwassene geen gewelddadig crimineel gedrag vertoonden en Amsterdamse ex-gedetineerden met een relatief korte gevangenisstraf (minder dan 6 maanden).
Conclusies
Enkele conclusies van het onderzoek zijn dat gewelddadige veelplegers als kind werden geconfronteerd met moeilijke jeugd- en opvoedomstandigheden en al vroeg psychosociale en sociaal-relationele problemen vertoonden. Dit bleek niet alleen samen te hangen met volhardend crimineel gedrag, maar ook met het ontwikkelen van veel andere problemen op het gebied van bijvoorbeeld financiën, verslaving, maatschappelijke participatie en huisvesting. Ook onder ex-gedetineerden bleken sociale en medische problemen veelvuldig voor te komen en bovendien voorspellend voor terugval in crimineel gedrag na ontslag uit detentie.
Vroegsignalering en ondersteuning
De resultaten van het onderzoek onderschrijven het belang van een OGGz-benadering bij criminaliteitspreventie. Dit laat zich vertalen in de aanbevelingen om meer te doen aan vroegsignalering van sociaal-emotionele problemen en gezinsproblematiek bij jeugd en de tijdige identificatie van jongeren met het allerhoogste risicoprofiel. Daarnaast om vaker langdurige en integrale ondersteuning voor delinquenten te overwegen en meer in te zetten op trauma-sensitief werken bij de aanpak van (jeugd)criminaliteit.