In de nesten
De Amsterdamse Top600 van gewelddadige veelplegers heeft een problematische jeugd gehad met ouders die moeilijk konden opvoeden en zelf veel lichamelijke en psychische problemen hadden. Dat blijkt uit dit GGD-onderzoek naar de jeugd en achtergrond van 200 Top600 leden.
Er vond veel mishandeling, verwaarlozing en huiselijk geweld plaats en veel Top600 leden hebben criminele gezinsleden. Daarnaast functioneert deze groep al langere tijd zwak op psychosociaal gebied en qua intelligentie. Gezamenlijk heeft dit tot ernstig probleemgedrag kunnen leiden.
Probleemgedrag was divers en bij bijna de helft (46%) al zichtbaar op de basisschool. Naast delictgedrag vanaf jonge leeftijd, gemiddeld waren zij 13 jaar oud ten tijde van hun eerste delict, kwamen autoriteitsproblemen (86%) en problemen met impulscontrole en agressieregulatie (86%) veel voor.
Structureel spijbelen leek de norm (84%) en 13% blowde overmatig. De Top600 was ongemotiveerd voor de langdurige begeleiding door jeugdzorg, 79% hield zich niet aan afspraken en door Jeugdzorg opgelegde voorwaarden.
Beschrijving
Het onderzoek biedt zicht op het ontstaan van ernstig crimineel gedrag. Om ook zicht te krijgen op factoren die zouden kunnen beschermen tegen het ontstaan van gewelddadige criminaliteit, is een vergelijking gemaakt met een extra groep van 300 voormalige jeugddelinquenten die nu geen geweldsdelicten meer plegen. Inzicht in beschermende factoren is belangrijk om te kunnen voorkomen dat telkens nieuwe en jongere kinderen zich crimineel gaan gedragen.
Conclusies
Het onderzoek toont het belang van nog eerder ingrijpen aan. Goede signalering is daarvoor belangrijk. Om de effectiviteit van Jeugdzorg te verhogen, zouden interventies zwaarder moeten zijn en gebrek aan motivatie hiervoor bij jongeren worden tegengegaan, bijvoorbeeld door wisselingen tussen hulpverleners te voorkomen en beter te matchen tussen jongere en begeleider.
Ondersteuning gericht op behoud van aansluiting op school en met een positief sociaal netwerk is belangrijk om risicojongeren te beschermen tegen de lokroep van de straat. Aanwezigheid van psychologische en psychiatrische problematiek op jonge leeftijd moet meer aandacht krijgen.
Dit onderzoek bevestigt de noodzaak van de fundamentele stelselwijziging in de jeugdzorg, waar gemeente en instellingen al geruime tijd aan werken. De aard en ernst van de aangetroffen problematiek vragen om een stevige samenwerking waarin geen ruimte is om verantwoordelijkheden af te schuiven.
Organisatie
GGD Amsterdam.