Tussen 2018 en 2020 monitorde MEE 150 toekomstcoachtrajecten om de effecten van deze vorm van coaching zichtbaar te maken. Hiervoor werd een cliëntvolgsysteem ontwikkeld met 4 vaste meetmomenten.
De effectenrapportage laat zien dat de ondersteuning ‘harde’ effecten heeft zoals uitstroom naar werk en het voorkomen van financiële problemen. Het leidt ook tot andere meer ‘zachte’ effecten, zoals meer zelfvertrouwen, meer rust in het gezin en minder belaste mantelzorgers.
Een aantal resultaten:
- De maatschappelijke positie van de jongeren verbeterde. Het aandeel deelnemers met betaald werk nam toe van 13 % naar 30 %. Bij de eindmeting hadden meer jongeren een dagbesteding. Het aantal werkzoekenden nam juist af evenals het aantal jongeren dat naar school ging. Volgens de onderzoekers is dit te verklaren omdat een deel van de deelnemers leerlingen zijn die in het laatste schooljaar werden begeleid naar werk.
- De financiële positie van de jongeren verbeterde. Meer jongeren konden redelijk tot goed rondkomen; dit steeg van 73 % naar 80 %. Het aantal jongeren met schulden bleef stabiel. Daarnaast zagen de onderzoekers een toename van het aantal jongeren met een inkomen hoger dan € 1000.
- De zelfredzaamheid nam iets toe op de levensgebieden waarvoor dit werd gemeten. Met name op het levensgebied ‘werk en opleiding’ en ‘financiën’.
- Jongeren werden positiever over hun eigen deelname aan de maatschappij.
- Deze effectenrapportage maakte een eerste inschatting van de maatschappelijke kosten en baten van de aanpak. Naar verwachting leidt de aanpak tot een besparing op uitkeringen, schuldhulpverlening en schoolmaatschappelijk werk. De toegenomen inzet van zorg en ondersteuning zal daarentegen op de korte termijn tot extra kosten leiden. De onderzoekers verwachten dat met deze extra inzet verergering van problemen en inzet van zwaardere zorg wordt voorkomen.
De komende jaren volgen nog meer kosten- en baten analyses op casus niveau in verschillende gemeenten, zodat duidelijker blijkt wat de aanpak op de lange termijn oplevert.
Een evaluatie naar de uitvoerbaarheid (procesevaluatie) van de methode is er niet. Of de interventie precies zo wordt uitgevoerd als bedoeld, is dus (nog) niet getoetst.