Het blijkt een goed idee om lichte, eenmalige strafbare feiten die zijn gepleegd door jongeren af te doen met een reprimandegesprek. Dat schrijven onderzoekers van de Erasmus Universiteit Rotterdam in Secondant. Jongeren worden door deze werkwijze namelijk niet meer onnodig lang op het politiebureau vastgehouden.
De afhandeling van lichte strafbare feiten bij minderjarige first offenders is wel aan herziening toe. Dat constateerden de politie, het Openbaar Ministerie en Halt Nederland alweer een tijdje geleden. In de praktijk werden jeugdige daders standaard naar het politiebureau gebracht, waar ze vaak lang moesten wachten op rechtsbijstand door een advocaat. Dat gold zelfs voor kleine zaken zoals diefstal van een rolletje snoep. Dat is een onwenselijke situatie.
Om de afhandeling te verbeteren ging in oktober 2020 een landelijke pilot van start: de Pilot Reprimande. Daarbij werd de overbrenging naar het politiebureau vervangen door een reprimandegesprek met de jongere en diens ouders. Dat was vroeger ook gebruikelijk bij dit soort zaken. Deze pilot is in opdracht van het WODC geëvalueerd door onderzoekers van de Erasmus Universiteit Rotterdam.
De reprimande voor jeugdigen is bedoeld voor op heterdaad aangehouden minderjarige first offenders die worden verdacht van een feit ‘met een licht en eenvoudig karakter’. Denk bijvoorbeeld aan winkeldiefstal, vernieling en gebruik van een vals ID-bewijs voor de horeca. Bij een reprimande belt de agent met de ouders en voert direct het reprimandegesprek. Er kan ook een afspraak met de ouders gemaakt worden. In het gesprek wordt aan de minderjarige uitgelegd waarom zijn gedrag wordt afgekeurd.
Publicatie
Nieuws
Nieuws