Cyberbreinen: nieuwsgierig en talentvol
Interview door Siènne Stoker
In deze editie van cybercrime-interviews spreekt CCV-adviseur Siènne Stoker met Henk van Ee, projectleider van een veelbelovende nieuwe City Deal-pilot: ‘Cyberbreinen in beeld’. Deze pilot richt zich op een urgent en actueel thema: het herkennen en begeleiden van jongeren met talent voor IT, om te voorkomen dat ze betrokken raken bij cybercriminaliteit. Het project heeft als doel om een lokale signaleringsstructuur voor jonge cyberbreinen te ontwikkelen en hen individueel te begeleiden. Zo wordt niet alleen voorkomen dat jonge talenten criminele paden inslaan, maar blijft hun waardevolle IT-kennis behouden voor de samenleving.
Siènne: Wat versta jij onder cyberbreinen?
Henk: Cyberbreinen zijn jongeren met een uitzonderlijke nieuwsgierigheid en een sterk ontwikkelde vaardigheid in ICT. Wat hen onderscheidt van traditionele criminelen is hun drang om systemen te doorgronden en een vaak uitgesproken rechtvaardigheidsgevoel. Deze jongeren zijn niet primair geïnteresseerd in snel geld verdienen, maar willen vooral begrijpen hoe dingen werken, bijvoorbeeld door een speelgoedauto uit elkaar te halen om te ontdekken hoe het werkt.
Siènne: De eerste fase van het project – het onderzoek naar de aard en omvang van cyberbreinen – is nu afgerond. Dat is een mooie mijlpaal. Wat waren de belangrijkste bevindingen?
Henk: We hebben een profiel opgesteld om cyberbreinen te herkennen, gebaseerd op mijn eigen onderzoek en gesprekken met ethische hackers. Zij gaven aan hoe ze eerder herkend hadden kunnen worden. Dit leverde een aantal kenmerken op die typerend zijn voor cyberbreinen. Daarnaast schatten we, met behulp van een WODC-rapport, dat één op de negentien jongeren een cyberbrein is. We onderzoeken nu of ze vaker voorkomen in ICT-klassen, plusklassen of bij thuiszitters.
Siènne: Waarom is herkenning van cyberbreinen zo belangrijk?
Henk: Cyberbreinen worden niet altijd goed herkend. Jongeren met hacking interesses worden vaak over één kam geschoren met cybercriminelen, terwijl cyberbreinen meestal een andere motivatie hebben.
Voor hen draait het vaak om de kick en status binnen hun groep, niet om geld. Dit wordt niet altijd herkend en kan lastig zijn voor docenten. Deze jongeren zijn vaak creatief op manieren die niet in standaard lesmateriaal passen en kunnen onderpresteren als ze niet worden uitgedaagd.
Met hun unieke talenten vormen cyberbreinen een waardevolle groep voor de samenleving. Mits goed begeleid, kunnen zij een cruciale rol spelen in het versterken van de digitale weerbaarheid van Nederland.
Veel jongeren die aan ons project meedoen, geven aan dat ze zich eindelijk begrepen voelen. Een jongen die aan Challenge the Cyber meedoet, zei bijvoorbeeld: “Eindelijk heeft iemand goed opgeschreven wie ik ben.” Ook jongeren die inmiddels als trainees bij de politie werken, geven aan dat het fijn is om te weten dat hun talent (h)erkend wordt. Veel van deze jongeren zijn heel creatief en oplossingsgericht, wat hen juist bijzonder maakt.
Siènne: Het lijkt me ook voor docenten uitdagend, die herkenning. Je hebt een handleiding geschreven om hen hierin te ondersteunen?
Henk: Ja, dat klopt. De handleiding helpt niet alleen docenten, maar ook andere opvoedprofessionals en ouders/opvoeders die met cyberbreinen te maken kunnen krijgen. Het doel is om deze jongeren op hun talent te waarderen en hen te begeleiden, zowel binnen als buiten school. Dit is niet alleen omdat we het leuk vinden, maar ook omdat criminelen meestal wel heel goed zijn in het herkennen van deze talenten en hen proberen te rekruteren. Cybercriminelen zijn vaak beter georganiseerd en weten deze jongeren al snel voor hun karretje te spannen.
Siènne: Stel dat een docent een cyberbrein in de klas herkent. Wat zijn dan de vervolgstappen?
Henk: Dat is een goede vraag. We werken aan een begeleidingstraject waarin we deze jongeren kunnen doorverwijzen naar bijvoorbeeld stichting Cyberbrein.nl. Daar kunnen ze een traject volgen waarin ze hun interesses verder kunnen ontwikkelen, eventueel via samenwerkingen met de DIVD Academy of Challenge the Cyber. En met cybersecuritybedrijven voor bijvoorbeeld een meeloopstage, snuffelstage of een pizzasessie. We kijken ook naar mogelijke samenwerking met hackerspaces, zoals die in Venlo of de CoderDojo’s (programmeerclub voor jongeren). Ook binnen scholen kan begeleiding plaatsvinden, bijvoorbeeld door clubs te organiseren waarin deze jongeren hun talenten kunnen ontdekken.
Siènne: Jullie richten je vooral op de positieve talentontwikkeling van deze jongeren. Tegelijkertijd begrijp ik dat sommige van hen met psychosociale uitdagingen te maken kunnen hebben. Waar zouden deze jongeren in dat geval in het zorglandschap terechtgekomen kunnen zijn, en hoe kunnen jullie mogelijk samenwerken met zorgprofessionals om hen te bereiken?
Henk: Deze jongeren komen soms in dagbesteding of vallen uit op school. In de zorgketen lopen we nog tegen uitdagingen aan, omdat we zelf geen zorgpartij zijn. Maar als we een jongere in een zorgtraject tegenkomen, kunnen we bijvoorbeeld het cyber- en IT-gedeelte in een begeleidingstraject verzorgen. Re-integratiebedrijven en organisaties zoals UWV werken al met ons samen. Samenwerking met zorgprofessionals is belangrijk, omdat deze jongeren moeite hebben met het reguliere schoolsysteem.
Siènne: Voor jullie is het dus hele waardevolle input als zorgprofessionals kunnen aangeven waar ze de cyberbrein zoal tegenkomen en wat volgens hen nodig is om de jongeren te begeleiden.
Henk: Dat zou zeker nuttig zijn.
Siènne: Wat zijn de volgende stappen in het project?
Henk: We organiseren gastcolleges op basisscholen, mbo en hbo ICT opleidingen om cyberbreinen te leren herkennen. En we voeren gesprekken met opvoedprofessionals om de handleiding te toetsen. Daarnaast organiseren we in mei onder de vlag van #bringITon een hack-event in Amsterdam (Hack the Harbour) samen met verschillende organisaties. Hier kunnen jongeren die we al herkend hebben als cyberbrein, zich verder ontwikkelen.
Ook werken we aan workshops over gestructureerd kwetsbaarheden rapporteren en aan een handboek voor praktijkbegeleiders.
Siènne: Wat is jouw persoonlijke motivatie achter dit project?
Henk: Ik werd geraakt door een gesprek met een deelnemer aan hack_RIGHT. Hij vertelde over hoe zijn jeugd verlopen was en met welke problemen hij tot op de dag van vandaag geconfronteerd wordt om “gewoon mee te doen” in de maatschappij, ondanks zijn talent. Ik gun elk cyberbrein een leven waarin hun talent gezien en gewaardeerd wordt.
Siènne: Dank je wel voor alle informatie. Het klinkt als een veelbelovende aanpak. Veel succes met het vervolg!
Henk: Graag gedaan.