Direct naar content
4 november 202512-minners, Georganiseerde criminaliteit, Jeugdcriminaliteit, LVB jongeren en criminaliteit

Jeugdcriminaliteit: feiten boven onderbuikgevoelens

Hoewel het gevoel leeft dat jeugdcriminaliteit toeneemt, laten de cijfers iets anders zien. Emeritus hoogleraar Ido Weijers pleit voor nuance, feiten en meer ruimte voor de politiereprimande.

Groep jongeren kijkt naar de ondergaande zon.

Volgens emeritus hoogleraar jeugdrechtspleging en jeugdbescherming Ido Weijers is er geen bewijs dat jeugdcriminaliteit toeneemt. “De afgelopen twintig jaar is het aantal jeugdige verdachten zelfs gehalveerd,” benadrukt hij in de Volkskrant. Toch leeft bij velen het gevoel dat jongeren steeds gewelddadiger worden. Dat komt volgens Weijers vooral door sensatieverhalen in de media, die een vertekend beeld geven van de werkelijkheid.

Weijers onderzocht mediaberichten over jeugdcriminaliteit. Hij zag hoe nieuws over dalende cijfers werd verdrongen door koppen als ‘Rovende tienermeisjes maken opmars’. “Voor hun lezers was het kennelijk niet spannend dat het in hoofdlijnen goed gaat met de jeugdcriminaliteit,” zegt Weijers. “Zo wek je onnodig onrust en gaan politici ermee aan de haal.” Volgens hem wekken zulke verhalen de suggestie dat minderjarige criminelen steeds jonger én harder worden, terwijl de cijfers juist het tegenovergestelde laten zien: “Het aantal verdachten jonger dan twaalf is spectaculair gedaald.”

Toch is er reden tot zorg, zegt hij, vooral bij een kleine groep jongeren die in de georganiseerde criminaliteit belandt. “Dat zijn de jongens op wie we als samenleving meer aandacht moeten richten. Zij moeten onze absolute prioriteit zijn.”

Geef vaker een reprimande

Daarnaast waarschuwt Weijers dat jongeren steeds vaker strafrechtelijk worden aangepakt voor jeugdig experimenteergedrag, zoals een vechtpartij of te vroeg vuurwerk afsteken. “Dat is experimenteergedrag, geen criminaliteit,” zegt hij. “Laten we dat met z’n allen accepteren, ook als het een keer uit de hand loopt.”

Een alternatief is de politiereprimande; een officiële waarschuwing die sinds 2020 door alle politiekorpsen mag worden gegeven aan jongeren die voor het eerst met de politie in aanraking komen. Uit onderzoek dat Weijers begeleidde, blijkt dat deze aanpak goed werkt. “First offenders hoeven niet lang vast te zitten of te wachten op een advocaat. In plaats daarvan volgt een waarschuwingsgesprek met ouders erbij. Meestal zien agenten het kind daarna niet meer terug, en blijft een strafblad uit.”

Weijers pleit ervoor om de reprimande vaker toe te passen, omdat die jongeren helpt om van hun misstap te leren zonder dat hun toekomst wordt geschaad. Zijn boodschap is duidelijk: beleid en debat over jeugdcriminaliteit moeten gebaseerd zijn op feiten, niet op angst. “Met onderbuikgevoelens schieten we weinig op.”

Senior adviseur jeugdcriminaliteit Nicole Langeveld van het CCV herkent die oproep. De politiereprimande past bij het principe ‘zo licht als mogelijk, zo zwaar als nodig’. Het voorkomt dat jongeren onnodig met justitie in aanraking komen en zorgt voor een snelle, leerzame reactie in hun eigen omgeving.” Volgens Langeveld ligt hier ook een kans voor gemeenten. “Door goed samen te werken met politie, Halt, wijkteams en jeugdhulp kan het waarschuwingsgesprek onderdeel worden van een breder vangnet voor vroegtijdige steun. Zo bouwen we samen aan een aanpak die niet alleen corrigeert, maar ook versterkt.”

Hoe houd je jongeren uit de georganiseerde criminaliteit? Download de kenniskaart.

Lees ook deze artikelen:

Neem contact met ons op

"*" geeft vereiste velden aan